De wasbeer
in Nederland

Hoe AAP zich inzet voor de wasbeer in Nederland

Omgaan met wasberen

Telkens als wasberen opduiken in het nieuws buitelen artikelen en meningen over elkaar hoe we in Nederland met de wasbeer moeten omgaan. Stichting AAP pleit al jaren voor het opvangen van wasberen – mits we te maken hebben met individuele dieren of beheersbare, lokale groepjes.

Zodra blijkt dat buitenlandse wasbeerpopulaties hun leefgebied uitbreiden tot over onze grenzen, is dat geen duurzame en haalbare oplossing meer. Tussen najaar 2019 en voorjaar 2022 heeft AAP bijna 100 wasberen opgevangen die in Limburg rondscharrelden.

Hieronder leggen we aan de hand van veelgestelde vragen en antwoorden uit waarom we voor deze aanpak kozen en daar in 2022 mee gestopt zijn.

Wij gunnen de wasberen een veilige toekomst

Help jij mee met de verzorging van deze dieren? Een kleine bijdrage maakt een groot verschil voor de wasberen.

Vraag & antwoord - wasberen in Nederland

Sinds 3 augustus 2016 geldt EU-exotenverordening 1143/2014 voor een aantal schadelijke exotische planten en dieren – Invasive Alien Species (IAS) genoemd. Voor iedere soort op deze lijst hebben experts van het Scientific Forum uitgebreid onderzoek gedaan naar met name de schadelijkheid. AAP erkent die expertise en de bijbehorende wet- en regelgeving. Eén van de zoogdieren op deze lijst – de zogenoemde Unielijst – is de wasbeer (Procyon lotor). Nederland is als EU-lidstaat wettelijk verplicht deze invasieve exoten permanent te verwijderen uit de natuur. Dit om te voorkomen dat de wasbeer zich hier vestigt en schade toebrengt aan inheemse soorten. Accepteren dat wasberen ongehinderd rondlopen is dus tegen de wet. Ook het schrappen van de wasbeer uit de EU-exotenverordening is geen realistische optie. AAP dringt daarom aan op een zo diervriendelijk mogelijke aanpak binnen de kaders van de wet- en regelgeving.

Dat is een morele kwestie. AAP vindt het niet juist om wilde dieren te doden die er niets aan kunnen doen dat ze in Europa zijn uitgezet. Daarom hebben we de betreffende provincies aangeboden om individuele dieren (vaak ontsnapte ‘huisdieren’) en lokale groepjes wasberen op te vangen en te herplaatsen in dierenparken die daar een vergunning voor hebben. Provincies mogen in Nederland namelijk zelf bepalen hoe ze de bestrijding van invasieve exoten organiseren. Dierentuinen zijn, in tegenstelling tot de meeste particuliere houders, prima in staat om goede omstandigheden te bieden voor deze dieren. Wasberen zijn heel inventief en passen zich razendsnel aan. Als een leven in het wild niet kan, dan vinden wij dit het beste alternatief.

Wanneer provincies kiezen voor een diervriendelijke aanpak en op die manier invulling geven aan verplicht beleid, is het niet meer dan redelijk dat de kosten van AAP (deels) vergoed worden. We zijn op dat moment partner van de provinciale overheid en voeren beleid uit. De doorberekende kosten zijn onze netto kosten voor transport, sterilisatie, ontwormen, overige medische behandelingen en controles tijdens de quarantaineperiode en 30 dagen verzorging op de zoogdierenafdeling. De meeste wasberen blijven langer bij AAP. Die extra kosten worden gedekt door onze donateurs. Kortom; de vergoeding van provincies is per saldo niet kostendekkend. Laat staan dat we er geld aan overhouden.

In Duitsland is de wasbeer al officieel gevestigd en daarom valt het land in een andere categorie dan Nederland. Het is niet meer reëel dat al die dieren verwijderd kunnen worden. Duitsland is wel verplicht om ervoor te zorgen dat de dieren zich niet verspreiden naar bijvoorbeeld Nederland (zie Art. 19 IAS-Verordening). De risicobeoordeling en aanpak is dus per land verschillend. De wasbeer vormt in veel gebieden een bedreiging voor waardevolle inheemse soorten, denk in Nederland aan beschermde weidevogels, grondbroeders en bijvoorbeeld in Limburg ook aan de korenwolf.

AAP steunt daarom het beleid om te voorkomen dat wasberen zich hier vestigen, maar ziet het ook als haar taak te pleiten voor niet-dodelijke bestrijdingsmethoden.

Dat klopt. Als de wasbeer zijn leefgebied uitbreid tot in Nederland, is opvang dweilen met de kraan open. AAP heeft daar onvoldoende capaciteit voor (m.n. omdat doorstroom moeizaam verloopt door strikte regelgeving voor invasieve exoten) en het staat haaks op onze filosofie. Dit was tot op heden echter nog niet aan de orde – het leefgebied van de Duitse hoofdpopulatie gaat anno 2022 tot halverwege de deelstaat Noordrijn-Westfalen.

Nu uit recent onderzoek is gebleken dat de leefgebieden van de lokale groepjes in Limburg tot over de Duitse- en Belgische grens lopen, is dat één van de redenen om vanaf najaar 2022 geen opvang meer te bieden. AAP kan niet bijdragen aan een duurzame oplossing zolang er geen internationaal beleid is. We doen daarom een dringend beroep op beleidsmakers: geef in Europees verband en op diervriendelijke wijze vorm aan het EU-beleid voor invasieve exoten. Het volledig afschuiven van deze verantwoordelijkheid naar provincies en organisaties die zich het lot van deze dieren aantrekken is een lapmiddel en geen oplossing om verdere verspreiding van deze exoten te stoppen.

Ook al is opvang en herplaatsing geen duurzame en haalbare oplossing als populaties zich verder uitbreiden in Europa, is AAP nog steeds tegen afschot. In Duitsland, waar in 2020 meer dan 200.000 wasberen werden afgeschoten, groeit de populatie jaarlijks met 15-20% en blijkt de populatie onbeheersbaar. Ook gaat er bij bejaging veel mis en kunnen dieren verwond raken met alle leed van dien. Een diervriendelijke oplossing ligt echter -nog- niet op de plank. We moedigen overheden en instanties met expertise op dit terrein aan met plannen te komen om de wasbeer niet onnodig te laten lijden.

AAP heeft al het mogelijke gedaan voor de Limburgse wasberen. Stoppen met opvang bieden is een noodzakelijke stap en zet overheden ertoe aan hun verantwoordelijkheid te nemen. Lokale overheden en dierenwelzijnsorganisaties kunnen dit niet alleen oplossen.

Op dit moment zijn provincies verantwoordelijk voor de aanpak van invasieve exoten, dus de Provincie Limburg beslist hierover. Ook gedurende het vangproject was het mogelijk om in gevallen waarbij vangen niet lukte een afschotvergunning af te geven. Hier is tijdens het vangproject gelukkig nooit gebruik van gemaakt, maar vanaf 12 oktober 2022 is dit de voornaamste bestrijdingsmethode. Tegelijk zet de provincie in op de ontwikkeling van duurzame niet-dodelijke beheermethoden. Dat moedigen we aan, want AAP blijft zich uitspreken tegen afschot.

AAP heeft op dit moment nog vele tientallen wasberen in de opvang die wachten op een herplaatsadres. De huisvesting, medische controles en dagelijkse verzorging kost nog altijd handenvol geld. Donaties zijn voorlopig dus nog hard nodig om deze dieren te verzorgen totdat we een plekje voor hen gevonden hebben!

AAP blijft zich inzetten voor de wasbeer. Dus als er individuele dieren worden aangetroffen, doen we ons best om hen zo nodig op te vangen. We kunnen ons geen AAP zonder wasberen voorstellen! Echter is het projectmatig wegvangen van grotere groepen (zoals in Limburg) geen duurzame oplossing meer en legt het de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van IAS-beleid waar die niet zou moeten liggen. We willen de wasberen die bij AAP zijn graag snel herplaatsen, maar zullen niet meer deelnemen aan grootschalige vangprojecten voor wasberen in Limburg. Uiteraard blijft AAP in de toekomst graag gesprekspartner om vanuit onze expertise bij te dragen aan duurzame oplossingen.

Wasberen bij AAP - video's

Adopteer de wasbeer!

Door adoptieouder te worden, lever je een directe bijdrage aan de opvang 
en verzorging van alle wasberen bij AAP.